Ik snap het eindelijk. Ik snap nu waarom ik tot niks kom, waarom ik mij nergens toe kan zetten, waarom de kleinste taakjes mij zoveel moeite kosten, waarom ik niks afrond, waarom ik niet voor mezelf zorg, waarom ik geen opleiding heb, waarom ik nergens bij hoor, waarom niks zin heeft, waarom ik mijzelf sociaal isoleer, waarom ik mijzelf telkens saboteer.
Andere keren zet ik mij juist 100% in. Bijna dwangmatig en krampachtig. Vroeger moest ik de dunste zijn, de mooiste van het feest, de sterkste, de getalenteerdste en de origineelste. Later de zorgzaamste, de gulste, de begripvolste, de creatiefste, de slimste, de onbaatzuchtigste. Maar als dat was bereikt … Het gaf mij nog steeds niet het gevoel waar ik op hoopte. Dan was het toch nog niet genoeg. Het moest nóg beter. Dus de fase van hyperactiviteit werd weer afgewisseld met passiviteit. Want, al mijn inzet is allemaal voor niks geweest. En zo heb ik mijn leven geleefd. En nu snap ik waarom. Waarom ik 80-100% arbeidsongeschikt ben. Maar ook waarom ik dit patroon heb.
Als kind heb ik alles geprobeerd en alles gegeven wat ik in mij had om te krijgen wat ik nodig had: het gevoel dat ik ertoe doe. Dat mijn gevoel ertoe doet. Ik schreef mijn moeder dagelijks de liefste briefjes, ik was onderdanig en gehoorzaam, ik paste aan, ik offerde op, ik maakte schoon, ik deed de boodschappen, ik gaf mijn geld, ik gaf inzicht, ik troostte en stelde gerust, ik cijferde weg, ik vergaf, ik slikte alles onvoorwaardelijk, ik vertrouwde haar, ik verloor mezelf, ik idealiseerde, ik adoreerde, ik nam de schuld, ik voelde haar pijn, ik wilde haar helen, ik wilde haar redder zijn. Maar ook: ik huilde, ik schreeuwde, ik smeekte, ik wantrouwde, ik weigerde, ik vocht, ik incasseerde, ik sprak tegen en ik kwetste. Maar niks daarvan heeft mogen baten. Zij bleef onveranderd, koos op cruciale momenten voor zichzelf en de mishandelingen gingen door. Er was niemand op wie ik wel kon vertrouwen. Want mijn kwetsbaarheid bleek grappig en mijn tranen ‘aanstelleritus’. En zij, zij bleef staan. Ongenaakbaar, bijna als een heilige, omringd en gesterkt door haar volgelingen, overtuigd van haar gelijk. Als kind kreeg ik dus een hele duidelijke, onomkeerbare boodschap mee: JE DOET ER NIET TOE! En daarnaast: het ligt aan jou, er is niemand beschikbaar en niemand is te vertrouwen. En met die overtuiging heb ik geprobeerd mijn leven te leiden.
En dan snap ik het. Dan snap ik waarom ik bevries en verlam, isoleer, uitstel en vermijd. Want als ik er niet toe doe, heeft niks zin. En als niks zin heeft, kost alles moeite. En ik snap nu dat vrienden en familie het gevoel kunnen krijgen dat zíj er niet toe doen. En dat hun reactie mij weer doet voelen dat ik er niet toe doe.
Ik snap het nu en ik vergeef mezelf. En ik vergeef hen.
Ook zin gekregen om te schrijven? Stuur een blog in naar dsmmeisjes!
… ik denk dat mijn blog al duidelijk maakt wie ik ben. Althans wat ik ben geworden.
Ik moet nog vinden wie ik ben. Of creëren ?
Maar alsnog:
Te plaatsen in deze hokjes: Sociale Fobie, Borderline, Depressie, Hechtingsstoornis, ADHD
Die laatste zin. Eén van de mooiste dingen in het leven: vergeving voor jezelf en anderen… Bevrijdend.
Lees een van mijn persoonlijke blogs: Jeugdherinneringen
Omg, weer zo raak!
Teken dat je er wel toe doet. Al is het om mede ervaringsdeskundigen te laten lezen waardoor gebeurt wat er gebeurt.
Lijkt wel of t over mij gaat. Toevallig gisteren geprobeerd een gesprek over te hebben. Ik ben geen prioriteit, simpelweg omdat ik dat geleerd heb. Dus overal sijpelt dat door. Ik verkies anderen nog steeds boven mezelf en anderen doen dat ook, uiteraard, want dat is wat ik om me heen draag. Dus ik ben wel een handig iemand voor andermans noden, maar mijn eigen noden komen niet aan bod. Zorg ik zelf ook voor, ivm dat patroon. Het put uit.
Ik werk en ploeter en zie iedereen die ik help, bijsta, voorzij, genieten van vrije tijd en leuke dingen.
Echt een naar patroon. Je doet het zelf, maar hoe in hemelsnaam stop je het?
Ook dat vergeefdeel… ik word er zo misselijk van. Wil het wel, maar ik blokkeer gewoon.